DOKKUM – Het is een van de meest bekende tegelspreuken: ‘What doesn’t kill you makes you stronger’. Het zou zomaar het motto kunnen zijn van de 20-jarige alpineskiër Carsten Nienhuis uit Dokkum schrijft Omrop Fryslân.
Het is nu bijna twee jaar geleden dat de knie van Nienhuis helemaal in puin lag. Bij het maken van een afdaling scheurde hij niet alleen zijn kruisband, maar ook de meniscus. Een lang revalidatietraject volgde, waardoor hij de lange latten een tijd aan de kant moest houden. “Ik ben sinds afgelopen zomer weer helemaal 100 procent”, zegt Nienhuis, als hij even terug is in Dokkum. Het grootste deel van het jaar woont hij vanwege zijn sport in Oostenrijk. Daar in dat land heeft hij zijn tweede thuis, zoals hij het zelf noemt.
Het skiën liet hem niet meer los
Toen Nienhuis acht jaar was, verhuisde hij met zijn familie van Dokkum naar Oostenrijk. Daar maakte hij kennis met het skiën en dat heeft hem tot de dag van vandaag nooit losgelaten. De rest van het gezin verhuisde een aantal jaar geleden terug naar Dokkum, maar Nienhuis is daar maar een klein deel van het jaar te vinden. Van oktober tot en met april is hij amper in Fryslân, omdat de wedstrijden dan in een hoog tempo volgen.
Hij heeft de afgelopen twee jaar nog flink geleden onder de blessure. Nienhuis stond eerder dit jaar al wel weer aan de start bij wedstrijden, maar toen was hij beslist nog niet de oude. En dat is hij nu wel. Hij hoeft zich geen zorgen te maken over zijn knie. “Dat hoofdstuk is gelukkig afgesloten. We kunnen nu keihard werken om het lichaam nog fitter te krijgen, skitechnisch flink vooruitgang te boeken en dan zullen de resultaten ook volgen”, weet Nienhuis.
Geen angst meer
Angst om de piste weer op te gaan had hij in het begin nog wel. Maar ook dat is nu een gepasseerd station. “Na deze zomer waarin we die knie nog een keer zo sterk hebben gemaakt, ben ik nergens meer bang voor.” Als de 20-jarige skiër in Fryslân is, staat fysiotherapeut Stefan Bodde hem bij. De schema’s krijgt Nienhuis vanuit Oostenrijk door en samen met Bodde geeft hij er in Fryslân aanvulling aan.
“Hij staat er heel goed voor. We kunnen nu zeggen dat hij sterker en fitter is dan ooit”, weet Bodde. Maar hoe bereid je een alpineskiër in Dokkum voor op het winterseizoen in de bergen? “De airco aanzetten en af en toe wat piepschuim gooien als kunstsneeuw”, lacht Bodde. “We proberen zoveel mogelijk te simuleren wat hij op de piste moet doen en hoe zijn houding is.” De fysiotherapeut vervolgt: “Met name hoe hij zich moet corrigeren tijdens de afdaling. We doen veel houdingsvormen met forse druk op de benen.”
Professionelere begeleiding
De afgelopen maanden heeft Nienhuis ervoor gezorgd dat hij veel beter wordt begeleid dan daarvoor. Hij maakt onderdeel uit van een internationaal skiteam in Oostenrijk. Hij heeft 24 uur per dag een hartslagmeter om en prikt bloed na trainingen om naar de waarden van zijn bloed te kijken. Maar Nienhuis vond dat er meer nodig was en dus heeft hij met dank aan zijn Friese sponsoren zelf geïnvesteerd: “Nieuwe fysieke trainers, nieuwe sportpsychologen, diëtist, noem het maar op. Ik heb de complete begeleiding zo geperfectioneerd, dat nu alles gewoon klopt.”
Het mag duidelijk zijn dat Nienhuis leeft voor zijn sport. Nu het seizoen dichterbij komt, moet zich dat ook uiten in de wedstrijden. Over een maand staan zijn eerste serieuze wedstrijden op het programma. Daarvoor bereidt hij zich in de bergen voor op het seizoen met trainingen en gaat hij op hoogtestage. “In de eerste maanden is de focus op techniek het belangrijkste. Ik heb afgelopen zomer zo’n stap gemaakt in conditie en kracht, dat ik dat moet omzetten in de sneeuw.”
Olympische Spelen 2026
Van zijn grote doel heeft Nienhuis nooit een geheim gemaakt. Drie jaar geleden riep hij al dat hij de Olympische Spelen van 2026 wil halen. Dan moet er nog flink wat gebeuren, weet Wopke de Vegt. Hij is technisch directeur van de Nederlandse Ski Vereniging.
“Carsten is een van de talenten die nog een lange weg te gaan hebben”, zegt De Vegt. “In de alpineskiwereld heb je zeker vier jaar nodig om mee te draaien in de top 30 van de wereld.”
Steun krijgt Nienhuis niet van de skibond. Daarvoor is de sport in Nederland te klein en is er te weinig budget. “Voor zijn blessure hebben ze nog wel wat voor hem gedaan”, weet De Vegt, die sinds 2012 in de skiwereld zit. Nienhuis wordt wel gevolgd door de skibond. Volgens De Vegt is het een goede zaak dat de Dokkumer bij een internationaal team zit. Want je komt niet zomaar bij de top.
“Het is een hoogwaardig technische sport. Je kunt het wel een beetje vergelijken met schaatsen”, zegt de oud-schaatscoach. “Bij het skiën heb je nog een ding tegen je: de prestatiedichtheid is heel groot. Er zijn duizenden mensen die hetzelfde doen en het ook goed kunnen”, vertelt De Vegt. “Dat maakt het ook complex. Ik vergelijk het ook wel met tennis en golf. Je moet zo hard vechten om een plek in de top 30 te krijgen.”
Op dit moment staat Nienhuis op de wereldranglijst in de buurt van de duizendste plaats. “Dat is ver weg van wat ik zou willen en wat ik kan”, zegt Nienhuis, die de knieblessure noemt als oorzaak daarvan. Maar de ambities veranderen niet. Hij wil over tweeënhalf jaar meedoen aan de Olympische Spelen in Italië: “Dat is het uiteindelijke doel.” De Vegt tempert die verwachtingen. “Ik denk dat het eerder 2030 wordt. Dat is reëler dan 2026. Vooral omdat Carsten nog nooit een wereldbeker heeft gedaan. Dan wordt het wel heel moeilijk.”
Van de Formule 3 naar de Formule 1
Om het toch te halen, heeft Nienhuis een plan bedacht. “Ik vergelijk het wel eens met de autosport. Ik zit nu in de Formule 3 van het skiën. Het doel voor komend seizoen is om naar de Formule 2 te gaan, dat zijn de Europacupwedstrijden.” Als Nienhuis dat haalt, moet hij nog één stap maken naar de top. “Vanuit daar is het zaak om verdere te stappen te maken richting de Formule 1, de wereldbekerwedstrijden. Van daaruit heb je kans om je te kwalificeren voor de Olympische Spelen.”
Het is nu aan Nienhuis zelf. Hij moet met zijn prestaties stap voor stap toewerken naar het meedoen aan de wereldbekers. En als hij dat haalt, dan zou plaatsing voor de Olympische Spelen van 2026 kunnen. Mocht hij er toch niet in slagen zich te kwalificeren, dan is er nog geen man overboord voor het jonge talent. Want Nienhuis weet als geen ander dat wat je niet doodmaakt, je alleen maar sterker maakt.