BURGUM – Het zouden gouden tijden moeten zijn voor de makelaarsbranche. Er is veel belangstelling voor woningen in Fryslân. De prijzen stijgen tot ongekende hoogtes. Makelaars Jaap Kingma en Willem Donker laten de andere kant van de huizenmarkt zien, die soms ‘bij de beesten af’ is.
Kingma’s verhaal brengt ons in Engwierum. Hier staat een huis dat hij als voorbeeld van de huizenmarkt op dit moment beschouwt. Een huis in een krimpdorp met vijfhonderd inwoners zou enkele jaren geleden voor een langere periode te koop staan, maar nu niet. Er zijn ongeveer vijftig bezichtigingen geweest en er is veertigduizend euro boven de vraagprijs geboden.
Beestachtig
“Ik zit ongeveer 25 jaar in het vak. Hoe de woningmarkt er op dit moment uitziet, is ‘beestachtig’. Het is arbeidsintensief, omdat er veel bezichtigingen zijn per woning. Dan moet ik soms wel vijftig keer hetzelfde praatje houden.” Met de hoge huizenprijzen zou je denken dat makelaars gouden bergen verdienen. Maar dat ligt anders, vertelt Kingma: “Makelaars willen graag blijven werken en de concurrentie is groot. Daarom bieden ze hun diensten aan voor veel minder.” Kingma merkt het ook in zijn bedrijf: ze zijn van vier medewerkers naar twee gegaan. Er is gewoon nauwelijks werk.
Iedereen een kans geven
Kingma houdt er een eigen werkwijze op na. Terwijl andere makelaars op een bepaald moment een bezichtigingsstop hebben, doet Kingma dat niet. Hij wil iedereen een kans geven om mee te doen. Dat heeft als gevolg dat elke koper maar tien minuten tijd met hem heeft en daarna nog even door het huis kan lopen.