DOKKUM – Met een enorme knal van een middeleeuws kanon is Dokkum vanaf maandag 30 oktober officieel toegetreden tot de Vereniging Nederlandse Vestingsteden. Dokkum treedt officieel als eerste Friese stad toe tot de Vereniging. Burgemeester Johannes Kramer over de toetreding: “Eltsenien kin Dokkum fan Bonifatius, in bytsje beroemd, mar ek in bytsje berucht fansels. Mar Dokkum is folle mear, benammen ek dat fêstingselemint, de bolwurken en de stêd binne wichtich.”
Dokkum is de achttiende stad die toetreedt bij de vereniging. Brielle, Geertruidenberg, Grave, Groenlo, Hellevoetsluis, Heusden, Hulst, IJsselstein, Klundert, Megen, Ravenstein, Steenbergen, Stevensweert, Tholen, Veere en Willemstad gingen de Friese plaats voor. In totaal zijn er zo’n 150 vestingsteden in Nederland, dus er is nog heel wat te winnen. “Dat Dokkum toetreedt is bijzonder, maar ook bijzonder belangrijk. Niet alleen voor de Vereniging, want wij zijn echt blij met de eerste Friese plaats, maar ook zeker voor Dokkum zelf. Problemen waar vestingsteden tegenaan lopen, kunnen nu via kortere lijnen worden besproken en opgelost”, vertelt voorzitter Patrick van Domburg.
De vereniging is opgericht om het historische verleden van verschillende Nederlandse vestingsteden onder de aandacht te brengen. Dokkum heeft een rijke cultuurhistorie als vestingstad. De twee enorme knallen die werden afgevuurd door een kanon van Exercitie Peloton Bourtange, luiden het officiële toetreden in. “Bourtange heeft natuurlijk ook bolwerken, maar hier is het allemaal wel eventjes net iets groter”, vertelt kanonnier Derk Boerma.
Volgens van Domburg zal Dokkum, naast de hulp van andere vestingsteden, ook meer toeristen kunnen verwachten. “Een andere soort toerist, die op zoek is naar die vestingsplaatsen.”