BURGUM – Het is een bekend beeld in veel dorpen: groepjes werklui die in een rap tempo glasvezelkabels aanleggen onder de stoep. De tegels worden netjes teruggelegd, maar een paar weken of maanden later gebeurt het weer, schrijft Omrop Fryslân.
Op sommige plekken loopt het de spuigaten uit. De concurrentiestrijd is zo hevig dat het glasvezelbedrijven niet uitmaakt of ze hun kabels naast die van een andere aanbieder leggen.
Europese regels bepalen dat een ieder die dat wil glasvezel mag aanleggen.
Tekst gaat verder onder de video:
“Wij willen in heel Nederland 1,2 miljoen aansluitingen maken, waarvan 100.000 in Fryslân”, zegt Catelijne Vilé van Glaspoort.
“We zitten nu op 35 procent, maar hopen het in 2028 gerealiseerd te hebben.”
Glaspoort is een netwerkbedrijf en levert alleen de kabels. Het bedrijf heeft 22 aanbieders, maar gaat niet zelf bij de deuren langs.
“Maar we komen elkaar natuurlijk wel tegen in de straat”, zegt Vité over de concurrentie. Momenteel is het bedrijf bezig met de aanleg van glasvezel in Burgum.
Het bedrijf heeft als missie om iedereen in Nederland van glasvezel te voorzien. “Wij hebben onze doelstelling en daar gaan wij mee door.”
Wel wordt geprobeerd om overlast zoveel mogelijk te voorkomen door de stoepen kort open te houden.
Wat het verschil tussen alle aanbieders is voor de consument, is volgens Vilé lastig te zeggen.
“In principe legt iedereen dezelfde glasvezelkabels aan, maar de techniek is anders. Het enige verschil voor de consument is de aanbieder die er licht overheen doet.”
Gemeenteraadslid Freddy de Haan van de FNP in Tytsjerksteradiel is er helemaal klaar mee dat de straten steeds worden opengebroken.
“We willen dit in één keer goed doen. Eén keer de weg open, bekabelen en aansluiten. Dan is iedereen blij en ergert niemand zich.”
Volgens De Haan snappen de mensen het ook niet meer. “In het begin zijn de buitenvelden aangelegd. De mensen wilden nog meedoen en ze kregen er een beetje geld voor. Maar toen werd het agressieve verkoop. Ze zien dat de cijfers afnemen en dat er meer mensen overgehaald moeten worden. Dus de stoepen worden vaker opengehaald.”