ALDTSJERK / SNEEK – Zaterdag 8 maart, Internationale Vrouwendag, vond in Galerie Bloemrijk Vertrouwen een waardige opening plaats van de thema-expositie ‘Vrouw in het zeel – yn ‘e line’. Beeldhouwer Anne Woudwijk en zijn neef, auteur Arjan Bosgraaf, brachten een prachtige ode aan Berendtje Beijer-Boom (1897-1980), grootmoeder van Woudwijk, overgrootmoeder van Tineke Kempenaar. Zij portretteerde schippersvrouw Berendtje.
Tineke Kempenaar is een nieuwe kunstenaar voor Galerie Bloemrijk Vertrouwen. Zij groeide op in Sneek en woont in Bergschenhoek in Zuid-Holland. Haar drieluik Berendtje is bij de opening als verrassing toegevoegd aan de thematentoonstelling met speciaal daarvoor gemaakte werken. Het eerbetoon aan haar overgrootmoeder Berendtje Beijer-Booom zond ze in 2024 in voor The Prize, de prestigieuze ontwerpwedstrijd borduurschool Hand & Lock in Londen. Het bestaat uit een halfportret van de jonge Berendtje, een actieportret van de volwassen Berendtje en een kaart van het Bergumermeer en Friese waterwegen. De overgrootouders uit Drachten vervoerden samen verschillende soorten ladingen zoals steenkool en suikerbieten, maar ook veel turf uit diverse veengebieden. In die tijd kwam alles met een skûtsje of grotere tjalk over water op de bestemming. Arjen Bosgraaf vertelde dat vrouwen in Nederland tot 1952, wettelijk als handelingsonbekwaam werden gezien. Berendtje kon geen schipper zijn voor de verzekering, mannen hoorden aan het roer, schippersvrouwen of skipperkes in het zeel.
Kempenaar heeft voor haar drieluik Broderie d’Art toegepast, een verzamelnaam voor een scala borduurtechnieken die in de haute couture wordt toegepast. De contrasterende ondergrond van een stuk authentiek bruin zeildoek, benadrukt de fijnheid van haar perfecte borduurwerk. Rechts zijn verticaal, robuuste witte stiksteken te zien in de brede zoom, met middenin een metalen nestelring rond nestelgat. Het zeildoek is vierkant in de lijst gespannen, alleen aan de diagonaal lopende weefdraden is de oorspronkelijk gerende vorm van het zeil af te lezen. De ondergrond sluit perfect aan bij de eenvoudige, van een oude giek gemaakte lijst.
Smalle wandel- of fietspad langs het water in diverse recreatieve routes waren oorspronkelijk jaagpaden, ook trekpaden of trekwegen genoemd. De Dokkumer Trekweg in de gemeente Noardeast-Fryslân herinnert daar aan. Scheepsjagers, verkort jagers, zoals Berendtje liepen in het zeel of trekzeel, in Fries yn ‘e beage of yn ‘e line. Een trekzeel is een brede band, die als een soort tuig op schouder-bovenarmhoogte om de jaagster geslagen wordt met aan de achterzijde een relatief smal touw dat aan het schip is bevestigd om het voort te trekken. Jagen is fysiek zwaar, na het op gang komen is de tred erin houden belangrijk. De jaagster trekt iets voorover gebogen het schip met daarop de schipper, eventuele andere gezinsleden of personen, de huishouding in het roefje en de lading. Windkracht was niet toereikend om op tijd te zeilen, het kwam aan op een goed samenspel van de schipper en jager.
Kempenaar heeft haar overgrootmoeder in het zeel realistisch weergegeven, met boven haar de kaart van het Bergumermeer met een deel van de vaarten en wijken in de gemeente Tytsjerksteradiel en aangrenzende gemeenten Smallingerland en Achtkarspelen. Twee parallelle lijnen lopen vanaf rechtsboven diagonaal over de kaart en voor de schouders van Berendtje langs tot halverwege de onderkant van de lijst. Staan ze symbool voor de grote afstanden die afgelegd zijn om de ladingen te halen en naar de bestemming in eigen en andere provincies te brengen? Symboliseren ze het almaar heen en weer trekken over de jaagpaden of het waterwegennet, of beide? Verwijzen ze naar de uitdrukking yn’e line, of zijn ze streep door het beroep dat met de opkomst van het opduwertje verdween?
Het halfportret van Berendtje met hoed op beslaat de linkerhelft. De grafische vorm herinnert aan figuren op archeologische vloermozaïeken in Oud-Romeinse villa’s. Het portret bestaat uit rond 16.000 glaskralen, die met de Luneville- of tambourborduurtechniek op het zeil zijn bevestigd. De draad, met de kralen eraan geregen, wordt met een fijn haakje door de stof gelust, zoals in haute couture borduurwerk. Het portret is een artistieke interpretatie van de historische zwart-wit jeugdfoto van overgrootmoeder Berendtje uit de collectie van het Fries Scheepvaartmuseum. De foto maakt deel uit van de expositie Schippersvrouwen in het museum. De kaart is met de Luneville-techniek geborduurd, met zijden draad zonder kralen, waardoor een kettingsteek ontstaat. De voorstelling in het zeel is uitgevoerd in halve kruissteek, eveneens in zijde. Kempenaar vertelde na de opening dat zij het een eer vindt om samen met de andere kunstenaars in Galerie Bloemrijk Vertrouwen een ode te brengen aan de sterke vrouwen in het zeel die zo’n belangrijk onderdeel zijn geweest van onze geschiedenis en cultureel erfgoed.
FOTO’S GBV
1. Tineke Kempenaar. Berendtje. Galerie Bloemrijk Vertrouwen, Vrouw in het zeel – yn ’e line (foto: Floriske Gerritsma).
2. Tineke Kempenaar. Detail halfportret Berendtje Beijer-Boom (1897-1980), Broderie d’Art, 1600 glaskralen (foto: Gerhild van Rooij).
3. Internationale Vrouwendag 8 maart 2025: Tineke Kempenaar en galeriehouders (foto: Piet Reitsma).
Nb: Anne Woudwijk heeft zijn oma Berendtje vereeuwigd in zijn beeld Skipperske Yn ‘e Line, het beeld staat in Tytsjerk aan de vaart.