Nationale Boekenweek. Marianne Scarpa (Bosch) maakt groot viltartwerk voor aan de wanden. Op exposities valt haar kleurgebruik me altijd weer op. Ze weet door afgewogen gebruik van meerdere materialen diepte te creëren en laat zich inspireren door de natuur, de seizoenen en specifieke landschappen, waaronder Friese. Twee autonome viltkunstwerken sieren een boekomslag van Frits Bosch.
Gerhild van Rooij
VILT
Marianne Scarpa is de kunstenaarsnaam van Marianne Bosch. Scarpa is Italiaans voor schoen en verwijst naar haar meisjesnaam Schoen. Zij woont en werkt samen met haar echtgenoot, auteur en psycholoog Frits Bosch, in Haarlem, heeft een eigen carrière in de beeldende kunst en eerder in mode. Ze krijgt regelmatig opdrachten voor specifieke kunstwerken op maat, of voor bepaalde locaties, maar werkt ook als vrij kunstenaar. Ze was als kind al creatief, maar is pas op 30-jarige leeftijd naar de professionele opleiding aan de Bob Molenaar Fashionschool in Amsterdam gegaan. Daarna heeft zij onder de naam Marianne Scarpa in opdracht kledingcreaties, bruidsmode en sjaals gemaakt, onder meer voor verschillende modewinkels. In 2010 ontdekte zij pas de veelzijdigheid van het materiaal vilt. Naast de intense kleuren wordt de kunstenaar sterk aangetrokken door de eindeloze combinatiemogelijkheden met bijvoorbeeld zijde, tule, organza en andere stoffen.
INTUITIIEF
De viltkunstenaar werkt intuïtief en laat beelden en sfeer van de landschappelijke natuur terugkomen in de verschillende structuren en diverse kleurcombinaties in haar viltontwerpen. Haar werken weerspiegelen ruimte en licht, maar houden ook iets ongrijpbaars, alsof ze alleen maar kleur zijn. Ze lijken een oase waarin je jezelf zo kunt verliezen, net als bij een groots, overweldigend uitzicht of een onverwacht doorzicht, reflectie of spiegeling tijdens een wandeling in de natuur. Twee van haar op zichzelf staande kunstwerken zijn op de cover van een boek terechtgekomen. Ze zijn er niet speciaal voor ontworpen maar sluiten wel aan bij de titel en passen bij het onderwerp en de sfeer van de twee heel verschillende boeken.
THE WETLANDS ALS METAFOOR
Het eerste werk dat een boekomslag siert is een 90 x 120 cm groot werk uit de viltartserie “The Wetlands”. In het kader van het Culturele Hoofdstad programma LF2018 en Kunst en Cultuur in het natuurpark in de Rottige Meente en Westhoek van Friesland, maakte deze serie deel uit van haar solo-expositie voor Stichting Zin & Beeld. De expositie getiteld ‘Once in the Wetlands’ vond plaats in de PKN kerk in de plaats Scherpenzeel in gemeente Weststellingwerf. Voor de werken in deze tentoonstelling liet Marianne zich inspireren door het Wetland Natuurpark de Rottige Meente dat ze beschrijft als een groene oase van rust, water, wuivend riet, pittoreske dorpjes en schone lucht.
VERSCHILLEND PALET
De ruimte en kleuren van het weidse en unieke natte landschap zijn duidelijk zichtbaar inde serie The Wetlands en ook op het uit deze serie werk dat op de boekomslag terecht kwam. Het kunstwerk kan opgevat worden als een beeldende metafoor van de titel van het boek van Frits Bosch ‘Help, de psycholoog verzuipt’. Ook het tweede kunstwerk getiteld ‘Avondgloed’ is net als de Wetlands serie in exposities getoond, waaronder in Friesland. Avondgloed heeft een ander, warmer palet dan Wetlands en bestaat uit vilt-art op een 70 bij 100 cm groot paneel. Enkele details in de compositie trekken de aandacht waardoor het geheel blijft boeien, ook zonder duiding. De kleuren van de avondgloed geven het anonieme land iets onbestemds en zijn tegelijk heel aanwezig. Misschien staat het poëtische werk daarom wel op de boekomslag van ‘De tromslager’ van auteur Frits Bosch. En zelfs in gedrukte vorm nodigt dit werk uit om doorheen te dwalen. In textuur en kleur ligt het in de lijn van werken van de bekende Marianne Benkö, een kunstenaar van Hongaarse afkomst die in haar schilderijen en wandtapijten met alleen kleur en textuur ruimtes optrekt waarin je lang kunt verblijven.
AVONDGLOED
In het sferische tweedimensionale beeld Avondgloed is een vergelijkbare abstracte ruimte om ver te kunnen kijken, zoals in een schilderij waar je achter een wolk of berg meer vermoedt dan direct zichtbaar is. Beneden zou er een natuurlijk pad of weg kunnen liggen, daarnaast vangen stroken vol goudgele gewassen nog net het licht. In plaats van een pad, zou er evengoed een water kunnen lopen of misschien is de weg wel een ravijn. Er is meer, te zien. Zijn de onbestemde vormen die aan de overzijde liggen steenhopen of leunen er rotsblokken tegen elkaar, of zijn de volumes onderkomens die gehuld in damp dieprood kleuren dankzij het late avondlicht? De volumes zijn waziger dan de tastbaarder vormen in andere kunstwerken zoals het 80 x 100 cm grote paneel “Dorp”, of het daarmee verwante 104 x 114 cm grote “Autumn”. Ligt er in het poëtische werk “Avondgloed” wat verder weg en hoger en nog in de uitwaaierende rode gloed een huis tussen de rafelige en extra licht vangen wolkenflarden of randen? Of, is de vorm op die plaats de weergave een boerenplaats met een hoog rood schuin dak, dat ergens in de ruimte op een hooggelegen stuk grond is gebouwd? Kun je vandaar misschien het dal inkijken en zou je dan tussen het geelgoud de stroom of weg kunnen zien die de ene kant van de andere scheidt? Of is die plaats zo hoog een ideaal ankerpunt om in het geschilderd avondrood verder te kijken naar de blauwachtige gloed in de bergen, grensgebied tussen hemel en aarde waar de lucht, het heelal dat geen einde lijkt te hebben?
In deel 2 de boeken “Help de Psycholoog verzuipt!” en “De Tromslager” van Frits Bosch.
Foto’s: Marianne Bosch
1. Wetland, viltart, Marianne Scarpa.
2. Avondgloed, viltart, Marianne Scarpa.
3. Dorp, viltart, Marianne Scarpa.
4. Herfst, viltart, Marianne Scarpa.