NOARDBURGUM – Het is een voorrecht dat wij 76 jaar in vrijheid leven. De avondklok die tot voor kort was ingesteld is niet te vergelijken net die tijdens de Tweede wereldoorlog of in gebieden waar nu oorlog woedt en mensen geterroriseerd worden. Wie gaan er schuil achter de vele namen op plaquettes zoals in Noardburgum?
Gerhild van Rooij
VRIJHEID
De vrijheid die wij genieten is te danken aan velen die we niet bij naam kennen of van gezicht. Ze lijken bijna anoniem. Als je om de oorspronkelijk Nederlands Hervormde, nu PKN-kerk loopt, zie je op de kerkmuur een dooraderde natuurstenen plaquette met namen van mannen die hun leven gaven voor die vrijheid. Het zijn namen, maar wie zijn de mensen op die plaquette op de kerk aan de Rijksstraatweg 15 in Noardburgum?
TEKST OP PLAQUETTE
EVERT SIJBESMA *18-5-1918 †14-4-1945
TJALLING TALMA *24-7-1907 †15-4-1945
HARMEN DE VRIES *4-5-1918 †16-4-1945,
LEDEN FAN DE BINNENLANSKE STRIIDKREFTEN
FALLEN YN FERBÂN mei DE BEFEILIGING FAN DIT
POMPSTASION BY DE BEFRIJING FAN FRYSLÂN
HARMEN DE VRIES
Harmen de Vries is op 4 mei 1918 geboren op de Bergumerheide, de dag dat we in Nederland de gevallenen van oorlogen herdenken. Hij overleed een dag na de bevrijding van Friesland. Harmen was klompenmaker van beroep. Sinds de Middeleeuwen zijn er zondagse en weekse of werkklompen gemaakt voor boeren en arbeiders. Klompenmaker was in die tijd een beroep middenin de samenleving en geen museaal erfgoed of hobby voor ambachtsmarkten.
KLOMPENMAKER
Harmen maakte klompen met de hand. Als vakman moest hij materiaal goed behandelen: de juiste boomstam omzagen, precies op maat maken en er blokken uithalen. Daar kon dan de buitenvorm uit gehakt worden om daarna de binnenkant uit te boren, op maat te maken om tenslotte de klompen af te werken. In Scherjons Klompenmakerij, sinds 1960 in het voormalige armenhuis op de heide, is te zien dat klompen maken en afwerken fysiek zwaar werk was. De Vries moet in de kracht van zijn leven een sterke man geweest zijn.
LID BS
Harmen werd lid van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (BS). Als lid van de BS was hij bewaker van het pompstation van het Intercommunale WaterwinGebied Leeuwarden. Het pompstation bestond in het jaar van zijn dood twintig jaar. Het pompstation en waterwingebied in Noardburgum waren van cruciaal belang voor de watervoorziening in Friesland. Het IWGL voorzag al eerder dat de oorlog binnen afzienbare tijd ook Nederland zou bereiken en nam al de nodige maatregelen ter bescherming van het watergewingebied, het pompstations en de werknemers.
VOORUITZIEN, 1937
In 1937 wordt het pompstation en het hoofdleidingwaternet van 1000 km uitgebreid. De capaciteit in Noardburgum moest verdubbelen. Het hoofdmachinegebouw wordt daarvoor geheel verbouwd en uitgebreid. De filters van het reinigingsgebouw worden volgens nieuwe inzichten verbouwd en tegelijk met deze noodzakelijke uitbreidingen en aanpassingen krijgen de ramen van de machinehal dan al scherfwerende pantserplaten en worden er op kwetsbare plaatsen vast zandzakken aangebracht. Daarnaast wordt ook nog de hele kelder gas- en scherfvrij gemaakt.
9-10 APRIL 1945 STAKINGSBEVEL
In 1939 wordt het pompstation in Oldeholtpa in gebruik genomen en in 1941 volgt het pompstation in Spannenburg. Het hoofdstation en alle pompstations blijven tijdens de oorlog in bedrijf. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog wordt in de nacht van 9 op 10 april 1945 een stakingsbevel afgekondigd voor alle openbare nutsbedrijven, waaronder ook de pompstations vallen. Het hoofdpompstation in Noardburgum wordt stilgelegd en al het personeel duikt onder. De bevrijdingstroepen die al wel verwacht worden, verschijnen door een samenloop van omstandigheden helaas niet tijdig genoeg.
DUITSE TECHNISCHE NOODHULP
De Duitse Technische Noodhulp ziet kans om de watervoorziening in het gebied van het hoofdpompstation enigszins op gang te brengen. Intussen proberen de BS en de Duitse autoriteiten beiden om uiteenlopende redenen het IWGL-pompstation in Noardburgum weer in handen te krijgen. Op 14 april, betrekkelijk kort voor de aankomst van de Canadese voorhoede en bevrijding van dit deel van Friesland, neemt het eigen personeel van het IWGL-pompstation de bediening van hun waterpompstation weer over. De Duitse bewaking trekt zich terug.
VOORHOEDE
De Binnenlandse Strijdkrachten bezetten de strategische punten. Twee leden van de BS, Evert Sijbesma, melkman met verzetsnaam Bauke Kingma, en Tjalling Talma raken zwaargewond bij beschietingen van de bezetter rond de boerderij van Oostenbrug. De echtgenote van ds. De Wal van Quatrebras, verpleegster van beroep, en de artsen Poppinga uit Hardegarijp en De Groot uit Veenwouden proberen vergeefs om beide verzetsmannen te redden. Ze sterven vlak voor het eind van de oorlog, bijna met de vrede in zicht.
SIJBESMA, TALMA, DE VRIES
Evert Sijbesma is op 28 mei 2018 geboren en kwam uit Tzummarum en is op 14 april, in de nacht van 14 op 15 april 1945 op 26 jarige leeftijd overleden. Sijbesma is op de Algemene begraafplaats van de NH kerk in Tzummarum in een kerkelijk familiegraf begraven.
Tjalling Talma is op 24 juli 1907 geboren in Wouterswoude. Hij was getrouwd en vader van vier kinderen. Tjalling is de volgende morgen, 15 april 1945, op 37-jarige leeftijd overleden. Hij is begraven op de Algemene begraafplaats in Veenwouden. Een dag later zou er weer een dodelijk slachtoffer zijn, Harmen de Vries.16 APRIL 1945
Het pompstation in Noardburgum begint op 16 april met de hervatting van de waterlevering. De dan 26-jarige Harmen de Vries, lid BS, staat op de ochtend van die zestiende april op wacht bij het hek van het waterleidinggebouw om dit te bewaken en te voorkomen dat de terugtrekkende bezetter alsnog alles zouden opblazen. Canadese troepen rukken intussen op richting Dokkum en Leeuwarden. Een auto met oranje versiering passeert. Ervan uitgaand dat het medestanders zijn, steekt Harmen zijn hand op. Vanuit de auto wordt geschoten. Door wie is nooit opgehelderd. De in het hart getroffen Noardburgumer verzetsman sterft vrijwel onmiddellijk.