LAUWERSOOG – Het Rijk moet het munitiestort bij de Engelsmanplaat in de Waddenzee opruimen. Dat schrijft de gemeente Noardeast-Fryslân in een brief aan het ministerie van Defensie en aan het ministerie van Infrastructuur en Milieu, zo schrijft Omrop Fryslân. Na de Tweede Wereldoorlog is ongebruikte munitie in zee gedumpt. Dat gebeurde op verschillende plekken in Nederland. De munitie van een aantal van de Waddeneilanden ging naar een gat bij de Engelsmanplaat. Daar is door Duitse krijgsgevangenen 500 ton naartoe gebracht.
De gemeente Noardeast-Fryslân wil er nu vanaf. In een brief op poten aan het ministerie van Defensie dringen ze aan op actie. Vooral omdat ze bang zijn dat munitie kan ontploffen en ook om te voorkomen dat er schade ontstaat aan de Waddenzee. De gemeente wil nu duidelijkheid hebben over welke munitie er precies ligt. Ook moet er een onderzoek komen naar de staat van bommen en granaten onder de Waddenzee en wat de gevaren zijn voor het milieu.
Het stort wordt om de zes jaar gecontroleerd door Rijkswaterstaat. Dan wordt er gemeten en gekeken of de granaten nog steeds onder de laag zand van 10 meter dik liggen. Volgens de laatste gegevens ligt het nog steeds op diepte. Er wordt alleen niet gekeken naar de staat van de munitie. Niemand weet in welke staat die is en of het voor gevaar kan zorgen. Door bijvoorbeeld corrosie zouden de granaten kunnen worden aangetast en ontploffen.
Eén stort opgeruimd
Enkele stortplaatsen in Nederland zijn inmiddels opgeruimd. In de Waddenzee gaat het om het stort in de Mokbaai bij Texel. Dat is in 2005 opgeruimd. In Zeeland zijn grote zorgen over de stortplaats in de Oosterschelde bij Zierikzee. Daar spoelen regelmatig oude granaten aan. Uit onderzoek blijkt dat de munitie wel is aangetast, maar ook dat er geen gevaarlijke stoffen vrijkomen en dat de explosieve stof langzaam opgelost in het water.