NAM wint in Nederland aardgas uit zo’n 140 kleine gasvelden. Enkele van deze kleine velden liggen nabij Ameland en NAM wint hier al ruim 30 jaar aardgas vanaf en ten noorden van Ameland.
NAM realiseert zich dat de gaswinning bij Ameland onder een kwetsbaar gebied plaatsvindt. NAM geeft daarom de hoogste prioriteit aan zorgvuldige gaswinning en monitoring van eventuele effecten van de gaswinning. Die nauwkeurige monitoring voert NAM uit samen met tientallen externe experts, zoals Deltares en Alterra. Vanzelfsprekend moet aantasting van het gebied door bodemdaling worden voorkomen. Bodemdaling is een geleidelijk proces. Deze wordt met verschillende technieken gemeten, onder andere aan de hand van GPS, landmetingen en waterpassingen.
In het Waddengebied bedraagt deze bodemdaling enkele millimeters per jaar. Deze wordt op een natuurlijke wijze aan het oppervlak gecompenseerd door aanslibbing van zand, dat vanuit de kustzone wordt aangevoerd. In de afgelopen 30 jaar is er volgens onafhankelijke experts geen bodemdaling aan het wadoppervlak bij Ameland geconstateerd.
De “Long Term Subsidence” (LTS) / lange-termijn bodemdaling studies zijn door NAM opgezet om de voorspellingen rond bodemdaling te verbeteren. Deze studies worden gecontroleerd door onafhankelijke experts van TNO en SodM. De LTS-I studie werd beëindigd in 2015. De LTS-II studie is bedoeld om te kijken hoe de bodemdaling rond Ameland zich op langere termijn laat voorspellen. Het LTS-II rapport is begin dit jaar ter beoordeling voorgelegd aan Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). SodM is als toezichthouder de organisatie die het rapport beoordeelt.
NAM heeft de brief over de LTS II studie van SodM ontvangen. In deze brief staat beschreven op welke punten de LTS-II studie volgens SodM nog moet worden aangevuld, waartoe SodM NAM een nadere termijn heeft gegund. NAM zal de brief verder bestuderen om goed te begrijpen wat SodM aan aanvullingen van NAM verwacht.
Review door SodM
SodM heeft een review laten uitvoeren door Dr Pietro Teatini van de Universiteit van Padua. Hij concludeert: “Voor de Ameland LTS-II-studie die lange-termijn bodemdaling rond Ameland onderzoekt, is gebruikgemaakt van de alomvattende Ensemble-based Subsidence Interpretation and Prediction (ESIP Methode). De resultaten tonen aan dat de modellen passen met de gemeten bodemdalingsmetingen en dat de modellen de bodemdaling in de toekomst goed en op een statische manier kunnen beschrijven. De studie laat zien dat het NAM-team dit complexe instrument goed kan toepassen. De voornaamste doelen van de bodemdalingsstudie LTS-II zijn gehaald en er is aantoonbaar voortgang gemaakt op het moeilijke terrein van het modelleren van bodemdaling door gaswinning op land.
De resultaten zouden nog kunnen worden verbeterd door onzekerheid rond het verwachte patroon van bodemdaling op land nog verder te verkleinen. De toepassing van ESIP is goed, maar sommige specifieke onderdelen van de methode hebben waarschijnlijk meer aandacht nodig om de methode volledig bruikbaar te maken in de context van een echt gasreservoir. Dit heeft wat mij betreft alleen te maken met het feit dat het LTS II-consortium te weinig tijd had om de documentatie die werd gepubliceerd in januari en maart 2017 volledig te maken.”