De Statenfractie van de Partij voor de Vrijheid is verontrust over uitkomsten van een evaluatie van Wetterskip Fryslan van de wateroverlast begin dit jaar. Uit documenten die de fractie in haar bezit heeft, blijkt dat er diverse zaken niet goed zijn gegaan. Zo blijkt dat het Hooglandgemaal veel te laat is ingeschakeld en dat bij afwezigheid van dijkgraaf Van Erkelens geen besluiten werden genomen.
“Als we de documenten moeten geloven, die wij in ons bezit hebben, hebben we grote zorgen of het Wetterskip wel voldoende capabel is voor crisissituaties,” zegt PVV-fractievoorzitter Otto van der Galiën. “Zo is het Hooglandgemaal pas op zaterdagavond 31 januari om 23.00 uur aangezet. Op Nieuwjaarsdag wordt het gemaal 2 keer uitgeschakeld en weer ingeschakeld. Dit omdat peilbeheerders het niet met elkaar eens zijn.” Als dit gemaal 2 dagen had kunnen draaien, was 13 miljoen m3 water meer uit de Friese boezem gepompt. Dit scheelt 10 cm op de boezem.
Bij afwezigheid van dijkgraaf Van Erkelens was de loco-dijkgraaf verantwoordelijk voor het nemen van de beslissingen. Uit de documenten blijkt, dat de loco-dijkgraaf wel aanwezig was, maar geen beslissingen nam. Pas op 4 januari, toen Van Erkelens terug was, is opgeschaald tot het hoogste niveau. “Van een professionele organisatie, die zo belangrijk is voor de veiligheid van onze provincie, mag je verwachten dat ook in crisissituaties de juiste beslissingen worden genomen,” zegt Van der Galiën. “Uit de stukken blijkt dat er het nodige mis is bij het Wetterskip. Dit kan niet, dit mag niet en wij verwachten dan ook dat het Wetterskip de zaken snel op orde brengt, nu het natte seizoen nadert.”