Dinsdagavond 15 oktober is Merel Fiets (14) uit Leeuwarden tijdens de vergadering van het algemeen bestuur geïnstalleerd als jeugddijkgraaf van Wetterskip Fryslân. Zij gaat het waterschap de komende twee jaar vertegenwoordigen in het Nationaal Jeugd-waterschapsbestuur.
Een jongerendenktank die de jeugd meer wil betrekken bij het werk van de waterschappen. Merel Fiets volgt Melissa Brandsma (19) uit Folsgare op. Naast deelname aan het landelijke jeugdwaterschap gaat Merel jongeren in Fryslân en een deel van het Groninger Westerkwartier meer bewust maken van het belang van goed waterbeheer. Bijvoorbeeld door het geven van gastlessen op scholen en het bijwonen van bijeenkomsten over water en waterbeheer.
Opvolger Melissa Brandsma
Merel volgt Melissa Brandsma op. Zij was afgelopen jaar de jeugddijkgraaf van het waterschap en kijkt terug op een bijzonder jaar. Melissa Brandsma: ‘Het was een superleuke en leerzame tijd. Ik heb ervaren hoe divers het werk van Wetterskip Fryslân is. Werk dat van belang is voor de veiligheid, maar ook voor de natuur van Friesland. Jongeren betrekken is belangrijk, omdat de plannen van nu ons werk is in de toekomst en wij daarvan de gevolgen ervaren. Dit jaar hielp mij in mijn studiekeuze: ik studeer nu hbo Milieukunde.’
Merel Fiets
Merel zit in klas 3 van het Stedelijk Gymnasium in Leeuwarden. Merel Fiets: ‘Ik werd nieuwsgierig toen ik hoorde dat er een jeugddijkgraaf werd gezocht. Ik wist niets van het waterschap. Ik hou van water, van ons land en wil hier in de toekomst graag blijven wonen. Met de veranderingen in het klimaat is goed waterbeheer heel erg nodig. Dat is mij wel duidelijk. Ik wil mijn leeftijdsgenoten daarover meer vertellen. Want waterschapswerk is belangrijk voor onze toekomst.’
Jeugd betrekken
Dijkgraaf Paul van Erkelens is blij met de rol van de jeugddijkgraaf. ’We moeten samen met inwoners, organisaties en overheden de komende decennia hard aan de slag om Nederland klimaatbestendig te maken. Dat is van groot belang, zodat de jongeren van nu hier straks ook nog veilig kunnen wonen en leven. We willen de jeugd daarbij betrekken.’