Mannen van 20 jaar of ouder waren in 2018 gemiddeld 1,81 meter, vrouwen 1,67 meter. De gemiddelde lengte is voor mannen sinds 1981 met 3,8 centimeter toegenomen en voor vrouwen met 1,5 centimeter. Per toegenomen centimeter lichaamslengte is de Nederlandse man tussen 1981 en 2018 bijna 2,3 kilogram zwaarder geworden, vrouwen met 4,7 kilogram ruim het dubbele. Dit blijkt uit de Gezondheidsenquête van het CBS, waarin respondenten zelf rapporteren over hun lengte en gewicht.
De gemiddelde lengtes van volwassen mannen en vrouwen (19 jaar of ouder) verschilt per provincie. Limburg wijkt daarbij het meest af: zowel Limburgse mannen als vrouwen zijn het kortst. Inwoners van Brabant zijn iets langer dan de Limburgers, maar nog altijd korter dan het Nederlands gemiddelde. Boven de rivieren zijn de verschillen niet zo groot, maar ligt de gemiddelde lengte bij zowel mannen als vrouwen meestal net boven het landelijke gemiddelde. De langste mensen wonen in Fryslân en Groningen. Het lengteverschil tussen Friezen en Groningers enerzijds, en Brabanders en Limburgers anderzijds, is ongeveer 3 centimeter, voor zowel mannen als vrouwen.
Mensen met een migratieachtergrond zijn gemiddeld korter dan mensen met een Nederlandse achtergrond. Als de mensen met een migratieachtergrond buiten beschouwing worden gelaten, blijven Limburgers en Brabanders het kortst. Boven de rivieren komt de gemiddelde lengte dan vooral hoger uit in Noord- en Zuid-Holland, en in Flevoland. In die provincies wonen dan ook relatief veel mensen met een (niet-westerse) migratieachtergrond.