HARKEMA – Toen Harkema-Opeinde in 1982 uit de eerste klasse degradeerde, was er op sportpark De Bosk geen man overboord. Op “De Heide” was er realisme genoeg om te beseffen dat het op één-na-hoogste niveau wellicht te hoog gegrepen was. De degradatie van 1985 kwam harder aan. Toen twee jaar later zelfs alle zeilen bijgezet moesten worden om niet naar de vierde klasse af te dalen, was het overduidelijk dat de gloriedagen definitief voorbij waren. Toch zouden er spoedig weer successen komen. Weliswaar niet op eerste klasse-niveau, maar vandaag de dag zijn er nog veel inwoners van Harkema en omstreken die bijzonder warme gevoelens koesteren aan de periode tussen 1988 en 1992.
Na een aantal magere jaren in de Friese derde klasse A, werd plaatsing in de gematigd Gronings getinte derde klasse B in het seizoen 1988/1989 op sportpark De Bosk met enige scepsis bekeken. Slechts ONB, Bakkeveen en in mindere mate Dokkum waren voor de Harkema-supporters publiekstrekkers. De wedstrijden tegen de andere Friese klassegenoten Olyphia en Makkinga leefden aanzienlijk minder. Duels tegen clubs van buiten de provincie waren op voorhand eveneens geen kaskrakers. Zeker de stad Groninger-clubs stonden en staan er niet bekend om dat ze voor veel publieke belangstelling zorgen.
Desondanks heerste er een voorzichtig optimisme bij Harkema-Opeinde. Talenten Ronnie Joop Pander en Gerrie van den Bosch keerden terug na een avontuur bij Cambuur Leeuwarden. Daarnaast kreeg de groengele brigade versterking van Wierd Kuipers, afkomstig van Surhuisterveen en in later jaren nog seizoenenlang actief in de hoofdklasse. Deze aanwinsten waren volgens Koene Nijboer (1962), tussen 1978 en 1995 speler van het Harkemaster vlaggenschip en nog bijna dagelijks op de club te vinden, niet de enige oorzaak van het successeizoen 1988/1989: ,,Poets ook trainer Piet Katje niet weg. Hij zorgde voor eenheid in de groep. Hij kwam weliswaar uit de stad, maar er was meteen een klik met hem. Piet was ijzervlechter, een gewone arbeider. Dat past in Harkema wel. Daarnaast herbergde het team voor 1988 ook best wel kwaliteit. In Dicky Schievink hadden we een uitstekende spits. Een betere afmaker heb ik in al die jaren op de amateurvelden nooit meegemaakt. Anne Hoeksma was een keeper die op een hoger niveau had meegekund. Ook een verdediger als Jappie Hoeksma was uit het juiste hout gesneden. Als aanvaller van de tegenpartij had je geen leuke middag met Jappie bij je. Eigenlijk kan ik de hele ploeg wel noemen.”
Wellicht was het collectief het grootste wapen van de Harkemaster succesploeg, zegt Nijboer: ,,Ook buiten het voetbal om waren we veel met elkaar op pad. Op zaterdag gingen we met een groot gedeelte van de ploeg al naar een wedstrijdje kijken van de zaterdagclubs. In de zomer lagen we met veel selectiespelers op het Ronostrand. Rond die tijd zijn we ook begonnen met de uitjes naar Sporthuis Centrum. Dat waren memorabele weekenden.” De officiële start van het seizoen 1988/1989 liep evenwel uit op een tegenvaller. In de eerste bekerronde werd er enigszins verrassend met 3-2 verloren van zaterdag vierdeklasser Opende.
Dit verlies zorgde er wel voor dat Harkema-Opeinde tot op het bot gemotiveerd aan de competitiestart begon. VAKO, in vroeger jaren vaak een uiterst lastig opponent, werd in Vries achteloos met 0-6 opzij gezet dankzij hattricks van Dicky Schievink en Gerrie van den Bosch. Dokkum verging het een week later niet veel beter. Met 5-0 kregen de groenwitten van het Harddraverspark in Harkema klop. Pas in speelronde 7 moest “De Heide” de eerste punten afstaan. Op het inmiddels door woningbouw opgeslokte sportpark De Hoogte struikelde de formatie van Piet Katje over VVK (2-1). Na een tegenvallende remise tegen Hoogkerk werd de winnende draad weer opgepakt. Tot de winterstop werden alle zes resterende wedstrijden in overwinningen omgezet.
De voorsprong op runner-up Actief was bij de winterse competitie-onderbreking opgelopen tot 6 punten, een enorm aantal in het tijdperk waarin een zege nog 2 punten opleverde. Toen datzelfde Actief in februari 1989 met 1-4 werd geklopt dankzij een kwartet doelpunten van Dicky Schievink, was het niet meer de vraag of, maar wanneer Harkema-Opeinde kampioen zou worden. Dat had eigenlijk moeten gebeuren vijf wedstrijden voor het einde van de competitie. Karrenvrachten toeschouwers waren naar De Bosk gekomen voor de kampioenswedstrijd. In ONB, de hekkensluiter van 3B had Harkema wellicht de meest gunstige tegenstander. Het liep anders. De kat in het nauw ONB maakte een heel rare sprong. De Drachtsters zegevierden met 0-2 waardoor het kampioensfeest een week uitgesteld moest worden.
Noordwolde werd nu de plaats van handeling. Tegen het eveneens in degradatienood verkerende Olyphia had Harkema opnieuw moeite het verschil te maken. Een halfuur voor tijd kwam de thuisploeg zelfs op 1-0. De schrik sloeg de 900 meegereisde fans om het hart, maar in de 81ste minuut was daar de verlossing. Vanaf de strafschopstip zorgde Dicky Schievink voor evenwicht. Het behaalde punt volstond voor de titel. Een titel die uiteraard in Harkema luid werd bejubeld, maar niet minder door de clubs in de tweede klasse.
Voetballend was Harkema-Opeinde een aanwinst voor het hogere niveau, maar ook penningmeesters zagen de groengelen en vooral de honderden supporters uit het oude heidedorp graag op bezoek komen. De kranten raakten er niet over uitgeschreven. Zelfs het Nieuwsblad van het Noorden, dat in 1978 met dank aan journalist Dick Heuvelman de supporters uit voetbaldorp Harkema nog met de grond gelijk had gemaakt, was lyrisch. Reporter Bert Alting schreef in oktober 1990 het volgende na de wedstrijd Forward-Harkema Opeinde: ,,Het was gistermiddag goed toeven op West-End. In de bestuurskamer van de Groninger studenten stond een smoezelig matras tegen de muur, de Forward-voorzitter nam plaats op een leeg kratje en op de achtergrond voorzag een muziekkorps de plakkerige kantine van sfeer. Bovendien, en veel belangrijker, had Forward een uiterst plezierig tegenstander op bezoek. Hoe enorm de aanhang van Harkema-Opeinde ook is, zelden is de vereniging betrokken bij rottigheid. Van de 600 toeschouwers, waarvan zeker 500 uit Harkema, had dan ook niemand een vervelende middag”.
Wat publieke interesse betreft, was Harkema-Opeinde in de periode 1988-1992 “top of the bill”. In de derde klasse maakten de provinciale dagbladen gewag van spectaculaire aantallen. Harkema Opeinde-Actief: 1100 toeschouwers, Harkema Opeinde-Bakkeveen: 1300 toeschouwers, Harkema Opeinde-ONB: 1500 toeschouwers. Uit de wijde omtrek kwamen voetballiefhebbers naar De Bosk om het attractieve elftal te zien spelen. Ook op vreemde bodem waren “De Wâldsjers” standaard in de meerderheid. De Leeuwarder Courant schreef in november 1988 na een uitwedstrijd in Marum: ,,Harkema-Opeinde speelt zelfs uit een thuiswedstrijd. Ook gisteren in de uitwedstrijd tegen Marum was het merendeel van de 700 aanwezige toeschouwers afkomstig uit het Friese heidedorp”.
De verwachting was dat Harkema-Opeinde in de tweede klasse prima mee kon. Dat maakte de ploeg direct waar. Helpman werd in de eerste speelronde met 0-2 verslagen. Een week later was Bedum in Harkema het haasje. De promovendus harkte de punten vrolijk binnen. Tot februari 1990 stonden de Harekieten slechts een punt achter ongenaakbaar koploper Be Quick 1887. In de thuiswedstrijd tegen Helpman gebeurde vlak voor tijd iets waardoor een streep door eventuele titelaspiraties kon: topschutter Dicky Schievink raakte geblesseerd. Er werd aanvankelijk gevreesd voor een enkelbreuk. Dat viel uiteindelijk mee. Schievink mistte 5 wedstrijden, maar in die 5 wedstrijden scoorde Harkema-Opeinde slechts eenmaal. Als gevolg hiervan werden 8 punten gemorst. Het seizoen ging als een nachtkaars uit.
Ondanks dit sneue einde was de algehele opinie in Harkema dat de terugkeer in de tweede klasse succesvol was verlopen. Reikhalzend werd er uitgekeken naar het nieuwe seizoen. Een jaargang die knetterend zou starten. Op speelronde 1 stond direct een kraker op het programma: voor het eerst sinds 1971 kruisten streekgenoten Harkema-Opeinde en Zwaagwesteinde de degens. “De Readtsjes” die enkele maanden eerder op het afgeladen volle terrein van Harkema-Opeinde de derde klasse hadden verlaten na een veelbesproken beslissingswedstrijd tegen Bakkeveen, slaagden er niet in een nieuw succes te bewerkstelligen op het Harkemaster veld. Dat had het aan zichzelf te wijten. Met name in het eerste bedrijf hadden de Westereenders de zaak prima op orde. Zelfs een strafschop was niet besteed aan goaltjesdief Sije Visser. Toen Bonne Bekkema vlak voor rust aan de andere kant van het veld wel trefzeker was, knapte er wat bij het helaas verdwenen zondagse bolwerk uit het ventersdorp. Dicky Schievink bezorgde met twee treffers na rust de thuisploeg een 3-0 zege.
Prachtige wedstrijden zouden er volgen in de eerste seizoenshelft. Met name in het Groningse werden twee zeer memorabele duels afgewerkt. De uitwedstrijd tegen Bedum mondde uit in een waar doelpuntenfestijn. Liefst zesmaal moest Bedum-keeper Egbert Darwinkel, tussen 1991 en 2005 actief in het betaald voetbal bij respectievelijk BV Veendam en FC Groningen, het antwoord schuldig blijven op een Harkemaster inzet. Vijf van deze inzetten waren afkomstig van Dicky Schievink, eentje van Koene Nijboer. Ook het kapitaalkrachtige DIO Groningen, het hele jaar door trotse koploper, kreeg er vlak voor de winterstop in eigen huis fiks van langs. Middels een 1-5 score gingen de punten mee naar Harkema. Drie maanden later kreeg de latere kampioen uit Groningen bij de return in Friesland opnieuw een pak rammel, dit keer resulterend in een minstens even pijnlijk 5-2 verlies.
Tot laat in het seizoen deed Harkema-Opeinde op twee fronten mee. In de strijd om de districtsbeker reeg de brigade van trainer Katje de overwinningen ook aaneen. Toch leek in april 1991 het doek daarin te vallen. Op eigen veld stonden de Harkemasters tegen hoofdklasser FVC al vroeg met 0-2 achter door treffers van Wietse Wijbenga en Gerard van Loon. De Huizumers dachten daarna de buit eenvoudig over de streep te kunnen trekken. Dat was een misrekening. Iets meer dan 20 minuten voor tijd bracht Dicky Schievink de spanning terug, waarna Ronnie Joop Pander en opnieuw Dicky Schievink de partij in een tijdsbestek van 9 minuten totaal op de kop zetten. Bij een 3-2 stand ging FVC met man en macht op zoek naar de gelijkmaker. De ruimte die ontstond werd genadeloos afgestraft door Dicky Schievink, die zijn hattrick voltooide en daarmee FVC de genadeklap gaf.
Wellicht zorgden de bekersuccessen ervoor dat de krachten in de competitie onder druk kwamen te staan. Met nog 2 wedstrijden voor de boeg was de achterstand op de koppositie slechts 2 punten. Terwijl de competitie zijn climax naderde moest ook nog de achtste finale van de beker afgewerkt worden tegen sc Heerenveen 2. Dat liep ondanks een 1-1 ruststand uit op een fiasco. De reserves uit het Friese haagje maakten na de pauze korte metten met de gastheren en doelpuntten nog 9 maal. Harkema-Opeinde was niet bij machte zich te herpakken na deze oorwassing en verspeelde 4 dagen later tegen het zeker niet hooggeplaatste Franeker de titelkansen door in de kaatsstad met 2-0 ten onder te gaan. Toen in de slotronde ook van Velocitas werd verloren, bleef Harkema-Opeinde zonder prijzen achter. Na een prachtig voetbaljaar werd dat toch wel als een teleurstelling ervaren. Toch waren er halverwege het jaar 1991 andere zaken die de gemoederen bezighielden.
De puike prestaties van de Harkemaster zondagclub waren niet onopgemerkt gebleven. Dicky Schievink was al eerder benaderd door sc Heerenveen. Nu was het Cambuur dat hengelde naar de diensten van de doelpuntenmachine. De Leeuwarders wilden niet alleen Schievink inlijven, ook Gerrie van den Bosch zou een zeer gewenst aanwinst zijn. De beide Harekieten gingen los van elkaar om tafel met Geert Stuve, teammanager van de Leeuwarders. Die speelde het spel onderhands. Schievink werd door Stuve verteld dat Van den Bosch reeds zijn handtekening onder het contract had gezet. Van den Bosch kreeg op zijn beurt te horen dat Schievink zijn jawoord aan Cambuur had gegeven. Waar Van den Bosch zwichtte voor de mededeling, hield Schievink de poot stijf; alleen voor een fullprof-contract zou hij naar Leeuwarden verkassen.
Dat zogenaamde a-contract kwam er niet en zo kon het dat Harkema-Opeinde alleen Gerrie van den Bosch zag vertrekken. Een forse aderlating, erkent ook Koene Nijboer: ,,Gerrie was een geweldige voetballer voor ons. Hij scoorde misschien iets minder vaak dan Dicky, maar qua slimmigheid was hij minstens gelijk aan Dicky. Gerrie was een bijzonder begaafde voetballer.” Met Van den Bosch kwam het in de Friese hoofdstad niet goed. Na een heel aardige voorbereiding maakte hij op de Wageningse Berg nog wel zijn debuut tegen FC Wageningen. Daarna kwam het verhaal ‘Cambuur’ voor het blonde talent snel ten einde. Het bestuur van Harkema-Opeinde ondernam talloze pogingen de verloren zoon terug te halen, maar Van den Bosch was klaar met de voetballerij. Pas 7 jaar later zou hij terugkeren op de voetbalvelden.
Zonder Van den Bosch had Harkema-Opeinde het in de volgende jaargang moeite op gang te komen. Peter Dek was inmiddels Piet Katje opgevolgd als trainer. Hoewel de manschappen van Dek zelden minder waren dan de tegenstander, stevenden ze al voor de winterstop af op een zekere degradatie. Met 2 punten uit 11 wedstrijden was de situatie vrij hopeloos halverwege de competitie. Naar goed Harkemaster gebruik werden de mouwen in de tweede seizoenshelft extra opgestroopt. Met succes. Steeds vaker werd gewonnen. Veilige haven kwam in zicht. De comeback kwam niet te laat. Terwijl op de laatste speeldag Zwaagwesteinde met een 4-1 nederlaag op zak naar huis werd gestuurd en Harkema-Opeinde de derde periodetitel in de wacht sleepte, was er geen reden voor feest. Omdat ook vv Harlingen en LSC 1890 hun wedstrijd wisten te winnen, was Harkema het kind van de rekening en degradeerde.
Ondanks de degradatie ging Harkema-Opeinde in het seizoen 1992/1993 gewoon door met winnen. In 3A werden 17 van de 22 wedstrijden gewonnen. In de meeste competities genoeg voor een glansrijk kampioenschap. Harkema had de pech dat Steenwijk nog beter presteerde en liefst 19 van de 22 duels won. Pas in 1998 zou er een terugkeer in de tweede klasse komen, in 1999 nog bijna gevolgd door een promotie naar de eerste klasse. Over die periode wordt in het aanstaande jubileumboek, dat uitkomt in 2021 in het kader van het 75-jarig bestaan, uitgebreid verteld.
Foto-overzicht:
Foto 1: De kampioensploeg van 1989
Foto 2: Op 11 december 1988 zette Gerrie van den Bosch Harkema-Opeinde in Dokkum op voorsprong. Dokkumers Freddie Dijkstra en Dicky Olivier komen te laat. Harekiet Bonne Bekkema kijkt toe.
Foto 3: In het seizoen 1990/1991 werd de derby tussen Harkema Opeinde en Zwaagwesteinde in ere hersteld. Op de foto een fragment van de wedstrijd van 2 december 1990. Onder het toeziend oog van de recentelijk overleden clubman Sjoerd van der Wijk (grensrechter) zet Harekiet Michel Polder een tackle in op Readtsjes-goalgetter Sije Visser.
Foto 4: Opgelucht haalden de 900 meegereisde Harekieten adem toen Dicky Schievink bij Olyphia vanaf de strafschopstip de verlossende gelijkmaker scoorde.
Foto 5: Samen met Wierd Kuipers bleken Gerrie van den Bosch (links) en Ronnie Joop Pander (rechts) belangrijke versterkingen in het seizoen 1988/1989. Bij de jeugd van Cambuur voetbalden Van den Bosch en Pander voor een handvol toeschouwers. Wekelijks spelen in eigen dorp voor minstens 700 toekijkers lachte de talentvolle Harekieten meer toe.
Foto 6: Drie belangrijke krachten uit de periode 1988-1992, van links naar rechts Dicky Schievink, Bonne Bekkema en Koene Nijboer.
Foto 7: In de wekelijkse voorbeschouwing gaf de Leeuwarder Courant veel aandacht aan de prestaties van Harkema-Opeinde. Ook 3 dagen voor de kampioenswedstrijd bij Olyphia reisden de LC-journalisten af naar De Bosk.
Foto 8: Dicky Schievink, met 366 doelpunten in 402 officiële duels één van de meest trefzekere Friese spitsen ooit, legt op 2 september 1990 aan voor de beslissende 2-0 tegen “De Readtsjes”. Westereender Fryso Prins komt te laat, terwijl routinier Jan Venema op de achtergrond toekijkt.