REGIO – Reekalfjes worden door hun moeder, de reegeit, het liefst ter wereld gebracht op rustige graslanden. In het hoge gras ligt het jonge reekalfje dan goed beschut tegen de priemende ogen van roofdieren, die in het kalf een lekker hapje zien.
Het maaiseizoen is begonnen en dat betekent dat de weilanden worden bevolkt door grote maaimachines. De bestuurders daarvan zien de jonge reekalfjes die in het gras liggen echter makkelijk over het hoofd. Als de boeren dan het hoge grasland gaan maaien, kan het zomaar zijn dat daar reekalfjes in verscholen liggen. De reetjes zijn geprogrammeerd om zich bij gevaar juist koest te houden, ze drukken zich dicht tegen de grond en worden daardoor nog minder goed zichtbaar voor de boer op de trekker.
Daarom gaan boeren, jagers en vrijwilligers vaak vóór het maaien het land in, om te kijken of er reekalfjes zijn. Op deze manier behoeden ze de jonge dieren voor een gruwelijke dood.