DROGEHAM – De bloemencorso’s in heel Nederland komen zo goed als zeker op de internationale Unesco-lijst van immaterieel erfgoed. Het definitieve besluit daarover valt donderdag.
De spanning stijgt in ‘Corsoland’. Aanstaande donderdag wordt namelijk in Parijs bekend gemaakt of de Nederlandse Corsocultuur een plek krijgt op de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid van Unesco. Daarmee wordt de corsocultuur, na het molenaarsambacht, de tweede Nederlandse traditie op deze lijst.
De plaatsing op deze lijst is een zaak van de lange adem geweest. Dit nadat in het begin van vorig decennium eerst Zundert (het grootste bloemencorso van Nederland) en later ook andere corso’s, maar ook de Gondelvaart op wielen in Drogeham op de lijst van nationaal immaterieel erfgoed zijn geplaatst.
In 2018 werd de Corsokoepel opgericht, een samenwerkingsverband van verschillende corso-organisaties uit heel het land, met als één van de doelen om de Nederlandse corsocultuur internationaal erkend te krijgen.
21 Nederlandse corso’s
Dat betekent dat vanaf eind deze week 21 Nederlandse corso’s op de lijst staan. Gondelvaart op wielen trekt jaarlijks duizenden mensen naar het dorp. De laatste twee jaar kon de optocht niet doorgaan vanwege corona. Het bestuur hoopt van harte dit volgend jaar weer te mogen organiseren, “al is dat nog niet helemaal zeker”, aldus voorzitter Jellie Hamstra.