LAUWERSOOG – De garnalenvisserij op het Wad en de Noordzeekust moet krimpen om de onderwaternatuur te laten herstellen, schrijft Omrop Fryslân. Het is een van de adviezen uit de evaluatie van het natuurbeheer in beide Natura 2000-gebieden. Dit onderzoek is gedaan in opdracht van Rijkswaterstaat, de organisatie die sinds 2017 de natuurbeheerder van het ‘natte Wad’ en de Noordzeekustzone is. Maar het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) gaat over de garnalenvisserij. Dit ministerie reguleert die visserij en doet dat met name aan de hand van een vergunning onder de Natuurbeschermingswet. De vergunning van de garnalenvissers verliep eind 2022. De nieuwe vergunning die ze hebben aangevraagd, komt er maar niet omdat er wordt gewacht tot de vloot voldoet aan de stikstofeisen. Ondertussen ziet het ministerie het vissen zonder vergunning door de vingers, onder voorwaarden.
Gedoe
Over de onderbouwing van die nieuwe vergunning voor de vissers is al langer gedoe, en niet alleen over het aspect van stikstof. In de vergunningsaanvraag zou de schade aan de onderwaternatuur niet goed zijn meegenomen. Dat is in september nogmaals bevestigd door een nieuw rapport van Wageningen Marine Research en de Waddenacademie. Al zien de vissers in dat rapport enkel minimale schade aan de natuur terug.
Gesloten gebieden
Het advies voor de Noordzee is om de gebieden waar voor de garnalenvisserij al eerder bepaalde afspraken over zijn gemaakt (de zogenaamde Vibeg-zone twee), nu helemaal te sluiten. Het Vibeg is een akkoord over de visserij in de Noordzee kustwateren tussen vissers, natuurorganisaties en het ministerie. Maar ook de doorvaart voor alle schepen moet, op vaargeulen na, worden beperkt. Voor de Waddenzee geldt dat er meer of betere gesloten gebieden moeten komen, zonder dat er in de niet afgesloten gebieden meer gevist wordt. En dat betekent krimp van de sector.
Maar hoe zit het met activiteiten van Rijkswaterstaat zelf? De vissers verwijzen dan naar het baggeren van de vaargeul naar Ameland en zandsuppleties aan de Noordzeekant van datzelfde eiland en Vlieland. Vooraf wordt voor een zandsuppletie in detail in kaart gebracht of er bijvoorbeeld ook schelpenbanken liggen en als er ook vogels worden verstoord. Naar hoe het uiteindelijk uitpakt tijdens en na de uitvoering wordt echter nog maar amper gekeken.
Proef
In het Amelander gat tussen Terschelling en Ameland is eerder wel een proef uitgevoerd en daar had de suppletie invloed op het onderwaterleven. Punt is dat de suppleties meestal niet worden gedaan op de meest rustige plekken in zee, waar het meest kwetsbare onderwaterleven zit. Mede daarom is in deze pilot de conclusie dat de invloed op de natuur maar heel beperkt is. Voor het baggeren van de vaargeul naar Ameland geldt dat het baggervolume binnen de daarvoor geldende grenzen blijft en aan bijna alle eisen voldoet.