DOKKUM – Mobiliteitsbeleid zou zich moeten richten op stedelijke bereikbaarheid, verkeersveiligheid, luchtkwaliteit en de klimaatopgave, naast het aanpakken van de drukte in de spits. Ook zou een fietshelm verplicht moeten worden voor kinderen tot 12 jaar en voor berijders van elektrische fietsen. De meeste oplossingen zijn echter niet eenvoudig en vergen politieke keuzes. Dat stellen het Centraal Planbureau en het Planbureau voor de Leefomgeving.
Een effectieve manier om de drukte in de spits te verlichten zou het aanpassen van de huidige prijsprikkels zijn. Zolang auto- of OV-kosten worden vergoed voelen mensen geen stimulans om op een ander moment te reizen dan op het drukste stuk van de dag. Stedelijke bereikbaarheid kan verbeterd worden door betere verbindingen, met kortere reisafstanden door ruimtelijk bundelingsbeleid, en een betere benutting van bestaande infrastructuur.
Ook investeren in de fiets (fietspaden, stallingen) helpt; dat heeft bovendien voordelen voor de verkeersveiligheid, maar kan ten koste gaan van de ruimte voor de auto. Om de verkeersveiligheid verder te vergroten zal een verplichte fietshelm voor kinderen tot 12 jaar en voor berijders van elektrische fietsen veel schelen: jaarlijks 7 procent verkeersdoden minder. Dat is een relatief groot effect, tegen beperkte kosten.
Voor de klimaatopgave kan de overgang naar elektrisch rijden een belangrijke bijdrage leveren. Fiscale stimulering van het bezit van een elektrische auto versnelt deze overgang, maar tegen aanzienlijke kosten voor de overheid. Voor de samenleving als geheel zijn de meerkosten van elektrisch rijden beperkt. Omdat elektrische auto’s relatief goedkoop zijn in gebruik, kunnen op termijn extra congestieproblemen optreden.