Nederlandse familiebedrijven verwachten grote financiële gevolgen als de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling (DSR) worden afgeschaft. De mogelijke veranderingen hebben ingrijpende gevolgen voor de solvabiliteit en de liquiditeit. Daardoor komt de continuïteit van familiebedrijven in gevaar. Dat blijkt uit onderzoek van KPMG in samenwerking met FBNed, de vereniging van familiebedrijven, en de Stichting Familie Onderneming onder ruim tweehonderd familiebedrijven.
De rekening van het afschaffen van de BOR en de DSR komt direct bij familiebedrijven terecht. Zij verwachten dat de mogelijke afschaffing van grote invloed is op het vermogen om te investeren, werkgelegenheid te bieden en te innoveren. Uit het onderzoek blijkt dat een meerderheid verwacht te moeten snijden in de kosten. Bijna de helft voorziet een verslechtering van de concurrentiepositie doordat minder geïnvesteerd kan worden. Bij 35% van de familiebedrijven leidt de extra belastingheffing tot continuïteitsproblemen omdat de financiering uit het bedrijf moet komen. De helft verwacht dan niet meer te voldoen aan de afspraken met de banken. Tot slot denkt bijna 25% van de familiebedrijven dat de financiële gevolgen zo groot zijn dat zij gedwongen verkoop aan een derde partij overwegen.
Bedrijfsoverdracht hoog op de agenda
Uit het onderzoek blijkt dat bedrijfsoverdracht bij veel familiebedrijven een actueel onderwerp is. “Bijna 80% van de ondernemingen is van plan om in de komende tien jaar de aandelen of een deel daarvan over te dragen aan de volgende generatie“, zegt Maarten Merkus, partner bij de fiscale praktijk van KPMG. Merkus: “De mogelijke afschaffing van de BOR en de DSR zorgt voor een toename van de belastingdruk van 3,4% naar 41,5% bij overdracht van de onderneming. Dat gegeven baart veel familiebedrijven grote zorgen.”
Afschaffing strooit zand in motor van economie
“De aanname van het ministerie van Financiën dat een meerderheid van de familiebedrijven over voldoende privévermogen beschikt om het wegvallen van de vrijstelling op te kunnen vangen, lijkt een onderschatting“, constateert Marc Roels, partner bij KPMG Advisory. Roels: “Uit het onderzoek komt naar voren dat 18% de belastingen uit privévermogen betaalt. De rest zal dit voor een deel uit de onderneming gaan financieren. Dit zorgt voor financiële druk, gedwongen kostenbesparingen en een afname van investeringen. Daarmee ondermijnt het voorstel de kracht van familiebedrijven als motor voor werkgelegenheid, groei en innovatie, met name in tijden van crisis.”
Gedwongen verkoop onvermijdelijk
Volgens Albert Jan Thomassen, directeur van FBNed, bewijst het onderzoek dat de financiële druk in geval van afschaffing van de BOR en de DSR zo groot wordt dat bedrijven drastische maatregelen moeten nemen. Thomassen: “Bijna 1 op de 4 familiebedrijven voelt zich gedwongen het bedrijf te verkopen. Er is onvoldoende privévermogen en de uitdaging om geld uit de onderneming te halen zonder de continuïteit in gevaar te brengen, zijn de belangrijkste redenen. De bedrijven voorzien dat de onderneming dan in handen van private equity partijen of het grootbedrijf komt. Daarmee vloeit een significant deel van het kapitaal naar verwachting naar het buitenland en is de kans groot dat de bedrijfswinsten die in Nederland worden gemaakt niet meer in onze economie worden geïnvesteerd.”
Afschaffing levert schatkist niets op
Het ministerie van Financiën schat de extra inkomsten door eventuele afschaffing van de bedrijfsopvolgingsregeling op €400 miljoen. “Afschaffing betekent minder btw-inkomsten, minder vennootschapsbelasting en circa 90.000 minder arbeidsplaatsen”, aldus John Fentener van Vlissingen, oprichter en voorzitter van Stichting Familie Onderneming die tweejaarlijks de Familiebedrijven Award uitreikt. “Hierdoor levert het onder aan de streep niets op.”
Concurrentiepositie van Nederland verslechtert
Uit het onderzoek van KPMG blijkt dat de huidige belastingdruk op erving en schenking van ondernemingsvermogen in Nederland bovengemiddeld is in vergelijking met andere Europese landen. Veel landen hebben en handhaven een kortingsregeling of heffen helemaal geen erf- of schenkbelasting. Afschaffing van de BOR en de DSR leidt er volgens KPMG dan ook toe dat Nederland in Europa het minst aantrekkelijke klimaat voor familiebedrijven krijgt.