Tegen de arts, maar nadien tegen iedereen die haar autonomie betwist of aantast. Zo’n vrouw krijgt in het Dokkum van die tijd de naam een kenau te zijn. Hendrik van Bra is meteen onder de indruk van de felheid van Katrina, en zou haar getemd graag als zijn echtgenote zien. Iets van The Taming of the Shrew van tijdgenoot Shakespeare echoot door in de omgang tussen Hendrik en Katrina. Als het Spaanse leger de stad terug wil veroveren na een onverwachte overval door de watergeuzen, zoekt Hendrik van Bra een schuilplaats, van waaruit hij zijn observaties over het verloop doet. Katrina vecht als een Dokkumse Kenau van Haselaar. Desondanks veroveren de Spanjaarden de stad, plunderen die en steken een groot deel ervan in brand en vermoorden de mannen. Katrina zorgt ervoor dat Hendrik de dans ontspringt. Ze worden een stel. Hoe moet dat nou met de handelingsonbekwaamheid van Katrina?