Anouska Koster gaat in haar zevende Giro Donne voor ritwinst

DE WESTEREEN – Anouska Koster uit De Westereen doet deze week voor de zevende keer mee aan de Giro Donne. In Italië rijdt de wielrenster van Jumbo-Visma in dienst van Marianne Vos. Daarnaast mag ze proberen voor een etappe-overwinning te gaan.

Sportverslaggever Roelof de Vries sprak met Koster in aanloop naar de koers

De Giro Donne is normaal de belangrijkste etappekoers bij de vrouwen. Is dat nog steeds zo?

“Het heeft wel concurrentie van de Tour gekregen. Het was voor iedereen altijd wel een groot doel. Er zijn niet veel die de Giro laten zitten voor de Tour. Er doen nog genoeg toppers mee.”

Sommige vrouwen rijden de Giro en de Tour. Wat doe jij?

“Nee, ik fiets nu de Giro. Later doe ik ook nog de Vuelta. Na de Giro heb ik mooie wedstrijden in Noorwegen en Zweden.”

Wat wordt jouw rol in Italië?

“We starten hier met een sterke ploeg. De eerste dagen zijn vlak en dus zullen we rijden voor de sprint met Marianne Vos. Daarna komen de kansen voor het hele team. Dus moeten we zorgen dat we in de kopgroep zitten. Dan hopen dat we het tot de finish halen. Dat is wel een doel voor mij. Marianne heeft al dertig overwinningen in de Giro, dus het is ook heel mooi om daaraan mee te werken, om dat uit te breiden.”

Morgen begin je met een proloog. Een korte tijdrit van 4,7 kilometer in Cagliari.

“Ja, dat ligt mij ook wel. Ik ben heel benieuwd hoe ver ik komen kan.”

Op het Nederlands Kampioenschap werd je derde in de tijdrit. Verraste jou dat?

“Ik had er wel op getraind. Voor het NK was ik op hoogtestage geweest en had ik de tijdritfiets meegenomen naar Sierra Nevada. Dat is wel een hele onderneming, maar dat heeft dus wel geholpen.

Als ik je zo hoor: tijdrit oefenen en op hoogtestage geweest. Wil je voor het algemene klassement rijden?

“In principe ga ik niet voor het klassement, maar je weet nooit hoe het loopt. Als ik er ineens bij zit, dan zal ik het niet laten om ervoor te gaan.”

Het kapen van ritten is het hoofddoel?

“Ja, dat zou heel mooi zijn. Ik ben meer van de kortere klim, dus normaal moet ik de besten in de hogere bergen laten gaan. Maar de hoogtestage heeft goed aangeslagen. Dit was de tweede keer en deze keer beviel het beter dan de eerste keer. Ik heb het dit jaar beter aangepakt. Daar ben ik wel heel blij mee en misschien kan ik er in de toekomst ook nog van profiteren.

Je bent nu 28 jaar en ze zeggen dat je dan op je best bent als topsporter. Beleef je dat zelf ook zo?

“Ja, ik kan wel zeggen dat ik een heel goed voorjaar gedraaid heb. Vaak top twintig in klassiekers. Dat lukte mij anders nooit. Bij de Waalse Pijn en in Luik-Bastenaken-Luik zat ik er heel dichtbij. Ik hoop dat ik die lijn door kan trekken. Je ziet bij de vrouwen ook dat wanneer ze boven de dertig zijn, ze nog heel goed presteren.

Je hebt in je carrière al aardig wat laten zien. Maar wat is tot nu toe je mooiste moment?

“Dat is toch wel de Nederlandse titel in 2016. Zo bijzonder. Dat je een jaar mag rijden in de Nederlandse vlag. IK heb daarna nog het klassement in de Belgium Tour gewonnen. En een mooie rit in de Ardèche. Maar het NK was wel het mooist.”

Als je een rit wint in de Giro overtreft dat die overwinning dan?

“Hahaha, nee daar ben ik nog niet over uit. Dan moet je me na die overwinning maar weer even bellen.”

• Facebook
• Twitter
• Linkedin
• Whatsapp
• Whatsapp
• Mail